Bevoegdheid kantonrechter
De kantonrechter houdt zich bezig met zaken die een geldelijk belang van €25.000,- niet te boven gaan. Een uitzondering daarop zijn huurzaken: daarin is de kantonrechter bevoegd, ongeacht het bedrag. Ook gaat de bevoegdheid van de kantonrechter over alle arbeidszaken en sommige familierechtelijke kwesties.
Procederen bij de kantonrechter heeft daarentegen als groot voordeel dat een advocaat niet verplicht is, en dat scheelt de rechtzoekende veel kosten. Eerder schreef ik al een artikel over de inzet van een jurist in plaats van een advocaat bij de kantonrechter.
Is de kantonrechter niet bevoegd? Dan moet u bij de civiele rechter zijn. In dat geval ontkomt u niet aan de inzet van een advocaat.
Grens bevoegdheid van de kantonrechter
Af en toe behandel ik zaken bij de kantonrechter, waarbij het totaal van de door partijen gevorderde bedrag de € 25.000,- te boven gaat. Dat heeft in beginsel tot gevolg dat de kantonrechter de zaak niet meer mag behandelen en dat de civiele rechter er aan te pas moet komen. De bevoegdheid van de kantonrechter houdt immers dan op.
Een voorbeeld, van hoe zo’n situatie ontstaat, maakte ik een maand geleden nog mee: De eiser in een procedure is mijn cliënt, die een installatiebedrijf heeft. Hij vordert bij dagvaarding betaling van circa € 18.000 euro wegens achterstallige facturen. De gedaagde, een aannemer, vindt dat hij niet hoeft te betalen, want mijn cliënt zou zijn werk niet goed hebben gedaan. Als gevolg daarvan zou de aannemer schade hebben geleden en stelt een eis van reconventie (tegeneis) in van € 35.000,- . Bij elkaar is dat dus € 53.000,-, ruim het dubbele van het bedrag waar de kantonrechter zich mee bezig mag houden.
Dat zou betekenen dat de bevoegdheid van de kantonrechter op houdt en hij de zaak moet doorverwijzen naar de civiele rechtbank. Daar zit mijn cliënt niet op zit te wachten. Niet alleen betekent dat dat hij verplicht een advocaat moet inzetten, met aanzienlijke extra proceskosten, maar ook dat de zaak ook nog eens flink vertraagt. De goedkopere, laagdrempelige mogelijkheid om bij de kantonrechter te procederen is dus veel aantrekkelijker.
Omgekeerde prorogatie (art. 96 Rv)
Een gelukkige uitkomst voor mijn cliënt biedt artikel 96 uit het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Dit artikel wordt in de praktijk weinig toegepast, maar bood in de bovengenoemde situatie uitkomst. Procespartijen kunnen volgens artikel 96 Rv namelijk overeenkomen dat een kantonrechter bevoegd is voor zaken die niet onder zijn competentie vallen. Zo’n afspraak noemt men “omgekeerde prorogatie”. Hiermee kan, in overleg, de bevoegdheid van de kantonrechter als het ware dus worden opgerekt.
Van belang is wel dat de wederpartij daar aan wil meewerken. In bovengenoemde zaak bleek dat het geval en kon mijn cliënt tegen lagere kosten en efficiënter verder procederen bij de kantonrechter. Al met al is het belangrijk om de kneepjes van het vak te weten. Dat scheelt de rechtzoekende veel geld en tijd.
Indien u overweegt een gerechtelijke procedure te starten, of indien u gedagvaard bent, neem dan contact met ons op. We kunnen dan uw situatie bespreken en overleggen wat het beste is om te doen. Het eerste juridisch advies is geheel gratis. Bel ons: 085 864 00 61